Pro rata berekening; weet waarmee u rekent!

Ondernemers die belaste en vrijgestelde prestaties verrichten, moeten een pro rata berekenen om de  mate van aftrek van btw te bepalen. Niet alle omzet hoeft meegenomen te worden. Het gaat dan bijvoorbeeld om de verkoop van bedrijfsmiddelen. Rechtbank Gelderland heeft bijvoorbeeld recent geoordeeld dat bij de pro rata berekening ook rekening moet worden gehouden met btw-vrijgestelde verkopen van bedrijfsmiddelen. Dat is echter niet altijd het geval. In dit perspectief gaan wij kort in op dit thema, lichten wij de uitspraak van de Rechtbank  toe en leggen we uit waarom deze voor u van belang kan zijn.

Pro rata 

Wanneer een ondernemer zowel belaste als vrijgestelde prestaties verricht is zijn aftrekrecht beperkt. Voor algemene kosten, kosten gemaakt voor zowel de belaste als vrijgestelde prestaties, is de btw gedeeltelijk aftrekbaar. Daarom moet een pro rata berekening worden gemaakt. Dit kan op basis van de omzetverhoudingmethode, waarbij de verhouding tussen de belaste en totale omzet wordt berekend. Een alternatief is de werkelijk-gebruik-methode, waarbij de mate van btw-aftrek wordt berekend op basis van het werkelijk gebruik bepaald via objectieve en nauwkeurige gegevens. Bij zowel belast als vrijgesteld gebruik heeft de werkelijk-gebruik-methode voorrang. Indien er geen nauwkeuriger verdeelsleutel naar werkelijk gebruik bestaat, moet de omzetverhoudingmethode worden toegepast en moet rekening worden gehouden met een eventuele uitsluiting van omzet uit verkoop van bedrijfsmiddelen.

De pro data berekening drukt uit hoeveel procent de omzet per jaar (excl. btw) van de handelingen is, waarvoor recht op aftrek bestaat, ten opzichte van de totale omzet per jaar (excl. btw) van een onderneming.

Soms dient bepaalde omzet buiten de berekening te blijven, bijvoorbeeld wanneer bedrijfsmiddelen worden verkocht. Uit de jurisprudentie van het Hof van Justitie blijkt dat dergelijke omzet moet worden uitgesloten van de pro rata berekening wanneer de verkoop ongebruikelijk is in vergelijking met de normale activiteiten van een ondernemer. Daarbij moet worden beoordeeld of de verkoop van het bedrijfsmiddel onlosmakelijk verbonden is met de gebruikelijke economische activiteiten van de onderneming. Dit moet bij elke verkoop individueel worden getoetst. Wanneer de verkoop van een bedrijfsmiddel ongebruikelijk is vergeleken met de gewone activiteiten, dan spreken we van een incidentele verkoop. Dergelijke incidentele verkopen dienen niet mee te worden genomen in de pro rata berekening. Als daarentegen de verkoop onlosmakelijk is verbonden met de gebruikelijke activiteiten van de onderneming, dan dient de verkoop van het bedrijfsmiddel wél meegenomen te worden in de pro rata berekening.

Beschrijving van de rechtszaak 

Over deze kwestie heeft Rechtbank Gelderland recent uitspraak gedaan. Eiseres in deze zaak verwerft, ontwikkelt en exploiteert onroerende zaken. Daarbij verricht eiseres zowel vrijgestelde als btw-belaste prestaties. Zo heeft eiseres een aantal onroerende zaken verkocht en vrijgesteld geleverd. De behaalde omzet heeft eiseres niet meegenomen in de pro rata berekening. Volgens de inspecteur is dit onjuist, omdat geen sprake is van een incidentele verkoop. 

Rechtbank Gelderland acht aannemelijk dat de verkopen van de onroerende zaken onlosmakelijk verbonden zijn met de gebruikelijke economische activiteiten van de onderneming en daarvan structureel onderdeel uitmaken.  Met enige regelmaat worden namelijk onroerende zaken verkocht. Wanneer onroerende zaken worden gekocht met de bedoeling deze bedrijfsmatig te exploiteren en een korte tijd later op deze keuze wordt teruggekomen en de onroerende zaken worden verkocht, is dat oordeel niet anders. Ook eventuele bijkomende privéomstandigheden zijn niet relevant. Kortom, Rechtbank Gelderland oordeelt dat eiseres de vrijgestelde verkopen van de onroerende zaken moet meenemen in de pro rata berekening. Hierdoor is haar pro rata lager en kan zij minder btw in aftrek brengen. 

Belang voor de praktijk 

De uitspraak van Rechtbank Gelderland is van belang voor de praktijk, in die zin dat het belangrijk is goed te beoordelen of de verkoop van een bedrijfsmiddel/investeringsgoed onderdeel uitmaakt van de pro rata berekening. Wanneer een bedrijfsmiddel incidenteel vrijgesteld van btw wordt verkocht en toch mee wordt genomen in de pro rata berekening, dan heeft een ondernemer mogelijk te weinig btw in aftrek gebracht. Wanneer daarentegen de incidentele verkoop btw-belast is en de omzet toch wordt meegenomen in de pro rata berekening, dan heeft een ondernemer mogelijk te veel btw afgetrokken. In dat geval loop je naast de correctie mogelijk een risico op een boete. Het is dus belangrijk goed te beoordelen of sprake is van een incidentele verkoop van een bedrijfsmiddel én of de omzet mag worden meegenomen in de pro rata berekening. Dit kan afhankelijk van uw situatie voor- of nadelig zijn. 

Advies 

Als u nog vragen heeft over dit onderwerp of u wilt de gevolgen voor uw situatie laten beoordelen, dan kunt u uiteraard contact opnemen met één van onze adviseurs. Wij zij u hierbij graag behulpzaam!