Btw-besluit ter beschikking stellen van personeel geactualiseerd

Het uitlenen van personeel is in principe een belaste prestatie voor de btw. Ondernemers met een beperkt aftrekrecht krijgen liever geen btw in rekening gebracht, omdat zij deze niet of beperkt als voorbelasting kunnen verrekenen. In het Besluit ter beschikking stellen personeel keurt de staatssecretaris voor verschillende sectoren onder voorwaarden goed dat btw-heffing bij de terbeschikkingstelling van personeel achterwege kan blijven. De staatssecretaris heeft dit beleid onlangs geactualiseerd. In dit artikel lichten wij de belangrijkste wijzingen van het besluit toe dat per 16 juli 2022 in werking is getreden. 

Redelijke kostenvergoeding maximaal 5%

Aan verschillende goedkeuringen uit het besluit voor een van btw vrijgestelde terbeschikkingstelling is de voorwaarde gekoppeld dat de uitlener met de uitleengeen extra opbrengsten beoogt te behalen. Dit betekent dat de vergoeding maximaal de brutoloonkosten mag bedragen. Daarnaast mag een redelijke kostenvergoeding worden berekend voor het optreden als formeel werkgever. Het nieuwe besluit maximeert de redelijke kostenvergoeding op 5% van het brutoloon.

De praktijk leert dat deze kostenvergoeding vaak hoger ligt dan 5% van het brutoloon, en ook vaak een hoger opslagpercentage werd gehanteerd. Het besluit is niet duidelijk over hoe moet worden omgegaan met situaties uit het verleden. Wij menen dat op het verleden niet hoeft te worden teruggekomen, mits een hoger opslagpercentage te rechtvaardigen was. Voor zover daarover afstemming met de Belastingdienst heeft plaatsgevonden menen wij dat in ieder geval niet hoeft te worden teruggekomen op situaties uit het verleden. Per 16 juli 2022 moet in ieder geval aan deze nieuwe voorwaarde worden voldaan. Dit betekent dat alle bestaande uitleenovereenkomsten waarin een hoger percentage is overeenkomen zullen moeten worden aangepast. Wordt een hoger percentage afgesproken of gehandhaafd, dan verwachten wij dat de Belastingdienst onverbiddelijk van mening zal zijn dat over de detachering btw is verschuldigd. Er kan vanaf 16 juli 2022 geen vertrouwen meer worden ontleend aan oude toezeggingen van de Belastingdienst. Mogelijk kan met de Belastingdienst wel een redelijke overgangsperiode worden afgestemd om bestaande uitleenovereenkomsten aan te passen. 

Medisch Specialistisch Bedrijf (MSB) kwalificeert als inrichting

In het besluit is expliciet bevestigd dat een MSB net als een ziekenhuis wordt aangemerkt als een inrichting als bedoeld in de ziekenhuisvrijstelling. Deze vrijstelling is ruimer dan de medische vrijstelling, die volgens de Belastingdienst in veel gevallen van toepassing zou zijn. Voor de praktijk biedt dit duidelijkheid en hopelijk meer medewerking vanuit de Belastingdienst.

Aanvullingen en verduidelijking zorg- en sociaal-culturele sector

Bij het lezen van het geactualiseerde besluit vallen daarnaast de volgende zaken op: 

  • Alhoewel al langer duidelijk was dat de goedkeuring voor btw-vrijgestelde structurele uitleen ook geldt voor ondersteunend personeel (bijvoorbeeld administratieve of managementfuncties), is dit nu expliciet vastgelegd in het besluit. Het is een welkome verduidelijking, waardoor eventuele discussies hierover verder zullen uitblijven. Het besluit verduidelijkt dat bij de niet-structurele uitleen wel alleen maar zorg- of sociaal-inhoudelijk personeel btw-vrij kan worden uitgeleend. Ondersteunend personeel valt hier dus niet onder.  
  • Volgens de staatssecretaris is geen sprake van structurele terbeschikkingstelling bij personeel dat werkzaamheden verricht op basis van een nulurencontract, waarbij het aantal uren dat hij/zij wordt uitgeleend varieert. Structurele uitleen voor een vast aantal uren en daarnaast een aantal flexibele uren, kan alleen vrijgesteld worden aangeboden voor de vaste uren. De variabele uren zijn dan volgens de staatssecretaris btw-belast. 
  • Bij het uitlenen van artsen niet in opleiding tot specialist, zogeheten anios, hoeft volgens het besluit geen btw te worden berekend voor een uitleentermijn van één jaar. Voor aios en andere werknemers die in het kader van een medische beroepsopleiding worden uitgeleend geldt die jaarstermijn niet. Voor anios licht de staatssecretaris toe dat de terbeschikkingstelling na één jaar wel kan worden gezien als een met ziekenhuiszorg nauw verbonden prestatie, waardoor de terbeschikkingstelling valt onder het bereik van de vrijstelling voor ziekenhuiszorg (andere intramurale zorginstellingen vallen daar ook onder). De goedkeuring voor het eerste jaar lijkt daarmee in de meeste gevallen overbodig. 

Gevolgen voor uw btw-positie?

Wanneer uw organisatie personeel in- of uitleent is van belang om na te gaan of u btw bent verschuldigd. Vernoemde wijzigingen bieden mogelijk aanleiding om bestaande overeenkomsten of het gebruik van standaardovereenkomsten tegen het licht te houden. In sommige gevallen kan het nodig zijn om afstemming te zoeken met de Belastingdienst. Uiteraard zijn wij u graag behulpzaam bij het bepalen van de btw-gevolgen, het opstellen van (nieuwe) overeenkomsten, evenals een eventuele afstemming met de Belastingdienst.  

Meer informatie? Neem dan contact op met onze btw-specialisten.